Over mij

Mijn foto
Reis ver, Drink wijn, Denk na, Lach hard, Duik diep, Kom terug

dinsdag 22 november 2016

Op weg naar beter



“Hoe gaat het?” De vraag dringt als het geluid van een tandartsboor mijn hersenen binnen. Elektrische schokjes door mijn lijf, de drang om te schreeuwen onderdruk ik en mijn automatische piloot schakelt snel een glimlach in. “Goed hoor!”. 

Maar het gaat niet goed, al weken niet, al maanden niet, al jaren niet. Niet zwak zijn, niet toegeven, je moet door. Zelfs mijn reservetank aan energie, moed en kracht begint op te raken en ik weet het. Langzaam rijd ik naar de rand van het symbolische ravijn.  Er is geen stoppen meer aan.  De rem is kapot. Het is een kwestie van tijd tot ik over de rand zal gaan.

Dat moment kwam, tijdens een bezoek aan de arts. Na twee dagen helse pijn moest ik wel naar hem toe. Mijn angst hield me tegen, bang voor wéér een operatie, weer wakker worden op de IC, weer wachten op uitslagen waarvan je niet weet of je ze wel wilt horen. De conclusie kwam al snel “je pijn is niet alleen fysiek,  je pijn is psychisch, een trauma, je bent op”. Daar was die klap, de laatste centimeters.. ik stortte naar beneden en kwam met een harde klap op de bodem terecht. Duisternis.
Ik zakte weg in donkere dagen, ik hapte naar lucht, ik stond stil, ik viel weer om. Vanaf hier kun je niet dieper, dacht ik nog. Sta nu maar weer op. Want meer opties heb je niet: opstaan of blijven liggen.

Als dagen gaan voelen als bergen en je de zon niet langer voelt op je gezicht, dan moet je.  Zoeken naar hoop, naar een plan, naar een weg omhoog. Omringd door mensen die van je houden, overvallen door eenzaamheid.  Ik heb gepraat, nagedacht, gegraven naar de pijn, het verdriet, het verleden. Het bracht me inzicht en het besluit dat het nu tijd was voor verwerken en afsluiten.

 Vandaag was het moment waar ik zo tegenop zag. Erop of eronder, het gesprek waarin ik te horen zou krijgen wat ze voor me konden betekenen.  Flink zijn, dacht ik. Even flink zijn. Ik was flink, ik praatte en praatte. Over de verscheurdheid van mijn jeugd, de bevalling die me op het randje van de dood bracht, de zware operatie, wakker worden op IC, de impact die het heeft op mijn leven. De angst. Leven in die alles verstikkende angst. Het deksel van een beerput die ik zo goed dichthield, al die jaren, werd geopend.  Het verdriet moet eruit, de pijn moet verdwijnen. Hier ben ik, help me alsjeblieft..

Ik kijk op en zie de arts glimlachen, hij praat en praat. Ik hoor hem zeggen dat ik dapper ben, dat ik niet gek ben of ‘anders’, maar een onschuldige gevangene van al wat is geweest. Als in slow-motion zie ik hem een denkbeeldige stempel pakken die met een doffe dreun op mijn dossier terecht komt. ‘Depressie door trauma – EMDR’.

Daar gaan we dan. Een lange tocht te voet door het stoffige ravijn van mijn verleden, om de weg naar boven weer te vinden en de angst achter me te laten. Ik hoor in de stilte die volgt mijn eigen ademhaling en besef me ‘je leeft’.

“Nee, het gaat niet goed met me. Maar ik ben op weg naar beter.”